VOOR 4 PERSONEN:

800 à 1.000 g zeewolf, in gelijke dikke stukken gesneden

3 à 4 el bloem

2 of 3 eieren

250 g panko of broodkruim

sap van 1 citroen

boter en olijfolie

zwarte peper en zeezout

Voor de aardappelen:

600 g vastkokende aardappelen

sap van 1 citroen

2 dl skyr, Griekse yoghurt of plattekaas (kwark)

bieslook

olijfolie

Zet drie schaaltjes of diepe borden klaar. Meng in het eerste de bloem met zout en peper, klop in een tweede de eieren los en doe de panko in het laatste schaaltje. Kruid de vis met zwarte peper en zeezout. Wentel elk stuk vis eerst in de bloem, vervolgens door het ei en ten slotte door de panko. Verwarm olie en boter in een pan op een gematigd vuur. Leg de vissticks in de pan en bak ze aan beide kanten tot ze perfect gaar zijn. Dat duurt zeker een paar minuten per kant. Sprenkel er net voor het serveren wat citroensap over.

Kook de aardappelen net niet gaar. Verhit een scheut olijfolie in de pan en bak de aardappelen tot ze crunchy en lichtbruin worden. Roer het citroensap door de skyr, yoghurt of plattekaas. Kruid met peper en zout en giet het sausje over de aardappelen. Werk af met wat fijngesneden bieslook.

Dagný Rós Ásmundsdóttir

Roots