250 gr bloem
2 eieren
100 gr suiker (voor mij mag het minder zoet)
100 gr poedersuiker
¼ tl zout
1 ½ tl bakpoeder
rasp van 1 sinaasappel
1 tl vanille-extract
90 gr amandelen, met vlies
90 gr blanke amandelen
Verder nodig
bloem, voor het werkblad
1 ei, losgeklopt

Cantuccini zijn Italiaanse amandelkoekjes en worden ook wel biscotti genoemd. De koekjes worden twee keer gebakken, waardoor ze extra knapperig worden. Ze zijn heerlijk om te dopen in bijvoorbeeld espresso of vin santo. In dit cantuccini recept gaat naast de amandelen ook sinaasappelrasp als smaakmaker. In plaats van sinaasappelrasp kun je ook citroen- of limoenrasp gebruiken. Met dit cantuccini recept kun je 50-60 Italiaanse koekjes bakken.

Verwarm de oven voor op 180 °C en bekleed een bakplaat met bakpapier.

Doe alle ingrediënten voor het deeg – behalve de amandelen – in een kom en meng tot een samenhangend deeg. Voeg eventueel een 1-2 theelepels water toe als je van het deeg nog geen bal kunt vormen. Voeg de beide soorten amandelen toe en meng ze door het deeg. Verdeel het deeg in vieren en maak daar op een licht bebloemd werkblad lange rollen van ongeveer 30 centimeter van. Leg de rollen op de bakplaat en druk ze iets plat. Bestrijk ze met het losgeklopte ei. Bak de rollen in 20-25 minuten goudbruin.

Snijd ze direct uit de oven in schuine plakjes. Als je te lang wacht, worden de rollen te hard en is snijden bijna niet meer mogelijk. Verlaag de oventemperatuur naar 130 °C en leg de koekjes op een met bakpapier beklede bakplaat. Zet deze nog 15-25 minuten terug in de oven. Laat de koekjes afkoelen op een rooster.