Ingrediënten voor 4 personen

1 kleine tot middelgrote knolselderij

100 g blauwe kaas

50 g oude kaas

zwarte peper

bloem

1 groot ei

paneermeel of panko

zonnebloemolie.

 

Voor de vegan jus:

-schillen van de knol

3 tenen knoflook

2 sjalotjes

50 g wortel

2 tl geconcentreerde tomatenpuree

1 eetlepel miso

½ el sojasaus

½ el mosterd

zwarte peper

2 tl maizena

 

Bereiding

 

Verhit de oven voor op 200 graden. Was en borstel de knolselderij goed schoon en pof anderhalf uur. Als de knol klaar is, laat je deze afkoelen. 

Snij sjalotjes grof, wortel in stukjes en halveer de tenen knoflook. Doe met een beetje olijfolie in een pannetje en bak even kort aan. Bak de tomatenpuree even mee en blus de pan met 400 ml water. 

Snij de donkerbruin gekleurde schil van de knol en ook 3 cm van de onderkant en de bovenkant af. Doe de schillen en deze stukken knol bij het vocht en breng aan de kook. Laat een halfuur op laag vuur trekken. Zeef alles en voeg aan het vocht de miso, sojasaus en mosterd toe. Laat voor een derde inkoken.

Meng maizena met koud water en roer met een garde door de kokende bouillon, zodat de jus dik wordt, en breng op smaak met zout en peper. Snij nu acht dunne plakken van de knol. Rasp de kaas, meng met de blauwe kaas en breng op smaak met zwarte peper. Breng ook de plakken op smaak met zout en peper. 

Leg de bloem en panko op schaaltjes. Klop ei los en doe in een kom. Verdeel nu het kaasmengsel over vier plakken knol, dek af met een andere plak en druk voorzichtig aan. 

Paneer de knolschijven nu door eerste even met bloem te bestuiven en vervolgens door de ei en de panko te halen. 

Bak de knol in een koekenpan in een goede laag zonnebloemolie rondom goudbruin en leg nog een paar minuten in de oven. 

Serveer met jus en wat waterkers of veldsla die je aanmaakt met een simpele mosterddressing.